vrijdag 23 juni 2006

Om een lang verhaal lang te houden

Was een lange dag de 20e juni. Ik had in gedachte Duivelsberg en omgeving af te zoeken op bijzondere bosvogels, mede naar aanleiding van de ontdekking van een zingende Kleine Vliegenvanger op de Veluwe. Maar de lucht was even van het type waar geen weerman/vrouw ooit gelijk in zou kunnen krijgen. Flarden regenwolken vochten met de zon om een plek. Later beseffend dat ik eigenlijk toch niet gekleed was op regen (ja, zon moet je altijd uitlokken...) toch rond tien op pad.
Ik kan zeggen: het was opmerkelijk stil op de Duivelsberg. Het meest leuke was dat de eerder door Gerard van Aalst gemelde ('berg')-Fluiter nog steeds zong. Een opmerkelijk geluid en eigenlijk het opnemen waard. De vogel begint inderdaad als Fluiter, maar heeft op het einde exact het trillertje van de Bergfluiter. Op een afstand gehoord is het net...ja, het is 'm dus niet. De vogel zingt op de weg naar het pannenkoekhuis en dan op de splitsing waar je met de auto rechtdoor moet (dus de splitsing met verboden linksaf) Een andere Fluiter zong ook nog steeds fanatiek iets verder op, en een mogelijke derde zat net te ver om zeker te zijn. Na op drie verschillende plekken Glanskoppen te hebben gehoord, rees bij mij de vraag hoe het eigenlijk gesteld is met deze soort in ons werkgebied. Via allerlei paadjes doorkruis ik het gebied en kom alleraardigste stukken bos tegen. Eiken met ondergroei, maar ook stukken met alleen oude Beuken. Ik ga alleen zwaar ijveren voor een naamsaanpassing, want prachtige grote velden 'Dal'kruid alleen op 'heuvels' in bos zien groeien geeft te denken...
Aangezien het vrij stil was in het bos en een behoorlijke wandeling in stilte lekker kán zijn, maar ik toch meer op zoek was naar vogels, besloot ik, na een tip om de Duffelt eens te gaan verkennen op leuke weilanden voor nachtvogels, hier heen te gaan, om 's nachts hier nog eens terug te kunnen keren. Na richting grens gefietst te zijn langs de grote weg, om te kijken/luisteren wat er langs het Wylerbergmeer zit, fiets ik terug richting Querdamm. Langs de weg 'Zur Querdamm' in Duitsland inderdaad érg mooie ruige graslandjes. Een doodlopende zijstraat van de 'Zur...' loopt langs heggen en dit soort weiden. Dat hier alleen Geelgors zit verbaast me echt. Als ik een Grauwe Klauwier was geweest, dan wist ik het wel!Boven deze weg de welbekende witte Buizerd met grote witte 'koplampen' (vleugelvelden) bovenop de vleugels. Via Zyfflich richting Ooijsche Graaf, waar ik bij het bruggetje (grens Nederland/Duitsland) m'n eerste (vegetarische?) Zwarte Stern ooit tegenkwam. Deze stern was fanatiek aan het jagen... boven een weiland! En dook regelmatig in het gras om iets lekkers op te pikken. Een wonderbaarlijk gezicht. Hebben we naast muizenarme jaren bij de uilen, nu ook al visarme jaren bij de sternen?
Op de kruising Steenheuvelsestraat/Kapitteldijk cirkelde een mooie Wespendief, om later af te keilen naar Zyfflich. De gedachte om ooit eens alle Bosrietzangers in te voeren op Waarneming.nl (dus ons archief) die ik tegenkom op een fietstocht, laat ik voorlopig nog maar even zo. Een crash wordt gevreesd. Bij de Kaliwaal, zoals eigenlijk de laatste tijd gewend, opmerkelijk rustig. De drie meubilaire Grutto's hebben zich het kleine plasje eigen gemaakt, een vierde is verwelkomt, maar daar blijft het bij, Ok, het Tureluur-behang daargelaten.
Rustig fietsend (stel je voor dat een geluid wordt gemist, dus niet sneller fietsend dan het geluid...) naar de plasjes tegenover de steenfabriek in de Erlecomse Waard, blik ik af en toe achterom, stel dat die Zwarte Ooievaar van Marcel Bingley nu eens een blijvertje is. Het gras op de plek van de vorige keer dat ik er zat had zich nog niet helemaal opgericht, dus m'n 'ideale' plekje kon ik zo weer innemen. Het krioelde lekker daar langs de randen. Wulpen, Tureluurs, Grutto's, Kokmeeuwen, Kleine Plevier, de (Grauwe Gors-)Bosrietzanger, drie Lepelaars en een Kluut passeerden m'n 15cm doorsneelens. Het feest is over, de mooie zomerkleden van de mannetjes Slobeenden gaan weer de kast in en worden geruild voor een camping-outfit. De grotere meeuwen ontmoeten elkaar wer langs de Waal en de Bergeend-jongen pendelen nog steeds met lijn 35 heen en weer.
Dan loopt er langs de rand van de plas een ruiter m'n oog in die niet gangbaar is. Een ragfijn Tureluur-lengte donker snaveltje, een witige vooraanblik en de grootte van een Tureluur activeren m'n hersencellen. De vogel is actief aan het fourageren, maar loopt vaak in het hoge gras op de rand van de plas. De groenige pootkleur wordt genoteerd. Maar de vogel laat zich moeilijk zien, en later helemaal niet meer als de vogel verdwijnt achter het dammetje in de plas. Fourageersnelheid incalculerend verwacht ik 'm elk moment weer aan de westzijde van het dammetje.
Net op het moment dat de vogel verschijnt, stop een auto. Alles de lucht in. Een bekende zag me zitten en dacht hé, babbeltje...De laatste stand van zaken op persoonlijk, politiek en vogelgebied doorsprekend, blijf ik door m'n scoop zoeken naar die ene steltloper. Niets. De conclusie had ik eigenlijk al gemaakt: Poelruiter. Maar de plek waar de vogel fourageerde lieten geen voltallig blik op de vogel toe. En een twijfel bleef. Maar toch Peter Hoppenbrouwer even gebeld over de waarneming. 'Kom eens langs voor een kop koffie'. Hierover nadenkend keek ik de persoon na, terwijl die oostelijk over de dijk wegliep naar z'n auto. Optisch gezien zie ik ineens een cirkelende Ooievaar op nauwelijks een meter van zijn hoofd. Mmm, ooievaar. Toch effe kijken. Hé een Zwarte! Wauw! Traag cirkelde de vogel richting noord, maar snel keer ik terug naar m'n plek, op zoek naar de ruiter. Waar de Zwarte Ooievaar uiteindelijk heen vloog is me ontgaan.
Afijn, een half uur (een beetje) afgeleid heeft er voor gezorgd dat ik de 'Poelruiter' niet kon terugvinden. Ook een aantal Grutto's en Wulpen waren vertrokken. Zeker als ik wil zijn over een determinatie houd ik het dan maar ook op een vrij zekere Poelruiter.
De dijk wordt inmiddels bevolkt door snel fietsende mensen. Waarom!? Och ja, etenstijd...Via Ooij en Hezelstraat naar de Oude Waal. Boven de Groenlanden vliegt een bekende die ik al een tijdje niet gezien had: de Havik. Ah, daar ben je! Niet zozeer om te zien of de vogel er nog zit, alswel om te 'controleren' of het nest er nog hangt, zie ik het Buidelmeesbrouwsel wiegen in de wind. Tegenover Tiengeboden speur ik de slikranden af op een Porseleinhoen, je weet maar nooit. Een Lepelaar staat verborgen tussen het hoge gras op het schiereiland, evenals een naar later blijkt, groep van zo'n 25 Grutto's. Ook het mannetje Zomertaling heeft z'n mooie pak in de mottenballen, maar twee paar ontkomen toch niet aan m'n blik. Even denk ik een Porseleinhoen te horen, maar het geluid van het dagleven is nog te overweldigend. Een vogelaar stopt voor een praatje. 'Heb je de Zwarte Ooievaar nog gezien'. 'Ja' zeg ik. 'Ja ongeveer een uur geleden stond die hier (bij de Oude Waal), maar werd verjaagd door een gewone Ooievaar'. Er hangt dus inderdaad weer een Zwarte Ooievaar in het Ooij-gebied rond, het lijkt te gaan om een juveniel: opletten dus!Thuisgekomen werk ik een halve akker aan groente en aardappelen naar binnen en rust even uit. De fietstocht duurde eigenlijk langer dan gepland en 's avonds zou ik met Marcel Bingley langs de dijk vanaf Weurt naar west gaan fietsen, op zoek naar avond/nachtvogels.
Wat een leuke fietstocht was dit! Alhoewel de vogels niet echt meewerkten, was de uitleg over gebieden van Marcel erg informatief. En ik heb ook een aantal nieuwe plekjes gezien, waar ik erg verheugd over ben. Vanaf de ontmoetingsplek, het dijkmagazijn bij het Grote grindgat van Weurt, fietsen we langzaam naar west. Bij de Staartjeswaard steken we even de uiterwaard in, ter hoogte van het kleine grindgat. Hier liggen een aantal met wilgen-begroeide plasjes en zijn zeker de moeite waard eens ('s nachts) te bezoeken. Een Groene Specht en twee Wulpen houden het bij overvliegen, maar het gebied laat een goede indruk achter. Ter hoogte van de buizenfabriek ontwaren we twee Ooievaars in een plas-dras.
De rest van de route is rustig. Als een soort hectometerpaaltjes langs de dijk laat Marcel mij de Steenuilplekjes zien. Op een aantal plekjes zijn ze inderdaad ook mooi te zien, één paar heeft zelfs een prachtige, hele dikke oude knotwilg als villa. Ter hoogte van de brug bij Ewijk besluiten we nog door te gaan. En wat er toen aan mooie uiterwaarden zich uitstrekten voor mij. Wauw! Één en al ruigte met hier en daar een gemaaid land. Alhoewel ze zich vanavond niet lieten horen, zal het mij niet verbazen als hier Kwartelkoningen zouden (willen) zitten. Het hoogtepunt is helaas een zingende Sprinkhaanzanger. Voor Deest keren we terug op de dijk en fietsen terug. Wederom onder de brug doorgefietst belanden we weer in de Beuningense Uiterwaarden. Nu 'rollen' we de ene na de andere Steenuil op en horen zelfs een Steenuil op een nog onbekende plek voor Marcel. We krijgen zelfs bevestiging op twee plekken van gelukte broedsels door roepende jongen.Een 'katachtige' in een dijkweiland ontpopt zich als een jonge Vos, die zich na ontdekking flux uit de voeten maakt, gevolgd door zijn/haar broertje die iets verder in een boomgaard zit. Bij de buizenfabriek zie ik een wel erg stuk witte boomstam in het donker. Door de kijker blijkt het te gaan om een maffende Ooievaar in een boom. Leuk! De tweede, want denkbaar de twee van eerder die avond, kunnen Marcel en ik niet ontdekken. Maar zou het de voorbode voor een nieuw paartje in de Beuningense Waarden zijn?Een hoop nieuwe plekjes vandaag gezien. Hier aan denkend neem ik in Nijmegen afscheid van Marcel en fiets, en met het vliegbeeld van de Slechtvalk voor me, die ik ook nog voor de ontmoeting bij de centrale zag, naar m'n bed...

zaterdag 17 juni 2006

Nachtrondes een dagtaak

De laatste tijd fiets ik vaak 's nachts rond (overdag veuls te warm) om te luisteren en te kijken wat er over is gebleven van alle ontdekte Kwartels en om nieuwe nachtvogels te horen. Op de bekende Kwartel-plekken langs de Persingensestraat is het aantal helaas nu nul.

Elke keer is de route kriskras door de Ooijpolder, met tot op heden Kekerdom, Leuth (De Zeelt) en Querdamm als uiterste van de ronden (en m'n telplot in de Millingerwaard natuurlijk, maar die staat op zich). Regelmatig stop ik, dus het rondje gaat langzaam. Ik probeer elke keer een andere ronde te doen, zodat achter Leuth ook aan de beurt komt en probeer ook andere delen rondom Nijmegen te doen. Zo onlangs ook op Heumensoord, Duivelsberg, Groesbeekse Bos enz. rond gefietst.
In de polder aardig wat Bosrietzangers. Hier en daar nog een Blauwborst of Sprinkhaanzanger. Gisteravond twee Porseleinhoenders op het schiereiland in de Oude Waal geteld, na eerder er al één daar 'ontdekt' te hebben. De ene vogel, die fanatiek 'zwiept', zit vanaf het lage hek op de dijk gezien recht achteraan op het eiland en begon om 21:07 gisteravond al te roepen.De ander zit meer rechts, in het verlengde van een rijtje Populieren en wilg, die haaks op Tiengeboden staan. Het zou me niet verbazen als deze vogel ook vanaf Tiengeboden is te zien. Vanaf daar mooi zicht op een aantal slikranden...

Verder doen de Patrijzen en Steenuilen en Waterrallen het nu goed 's avonds (laat) en 's nachts. Van alledrie weer voor mij een aantal nieuwe plekken ontdekt. Leuk was een overvliegende Waterral over de graanvelden tussen Persingen en St.Hubertusweg om 12 uur vannacht. Te herkennen aan het 'bieken' en één keer het 'varkens'geluid.Bij de rietdekkers aan de Hezelstraat een roepende Kerkuil. Een nieuwe Steenuil-plek voor mij was aan een zijweg van de St. Hubertusweg, bij volgens mij heet dat gehucht 'De Wilgen' (doodlopende weg ten noorden van Kerkdijk). Een andere nieuwe voor mij zat aan de zuidkant (kant De Plak) van de rij huizen aan de Kruisstraat en dan aan de westzijde, achter het laatste huis.Tijdens de prachtige zwoele, windstille vollemaansnacht onlangs een heerlijke rilling toen ik door zelf één keer 'fuup' te fluiten bij de vogel aan het (noord)begin van de Kruisstraat, een hele kettingreactie teweegbracht: de Steenuilen aan Kruisstraat, Kruisstraat-zuid, Leuthsestraat, Hezelstraat (Tiengeboden), Persingen begonnen achter elkaar aan te roepen. Wauw!
Gisteravond viel een groep van 13 Zomertalingen in bij de Erlecomsedam, terwijl er al twee zaten, dus uiteindelijk 15 in één beeld. Een zéér laag overvliegende luchtballon (50m) joeg echter alles de lucht in.Een groep van 35 Bergeendpulli blijft aardig aantalsvast tegenover de steenfabriek. Opvallend hoe het geluid van deze jongen in de schemering lijkt op een roepende Bosruiter...Eerst drie en later vier Lepelaars zaten eerst op de Oude Waal, toen op de Kaliwaal en vielen in het donker in bij de Erlecomsedam. Het gaat om 3 adult en 1 juveniel, waarvan 1 adult een poot laat hangen.De grotere meeuwen trekken weer meer aan, met bij Erlecomse dam en Kaliwaal voorverzamelplaatsen. Op allebei de plekken Geelpootmeeuw (vaak adult zomerkleed), Pontische meeuw (vaak subadult) en Kleine Mantelmeeuw (allerlei kleden). Af en toe een Stormmeeuw en een paar 'echte' Zilvermeeuwen. Bij de Kaliwaal een paartje Kolgans. Broedverdachte Visdieven bij Oude Waal, Erlecomse Dam (2pr) en Kaliwaal.
Nog nergens Kwartelkoning, Roerdomp, Woudaap, andere Kwartels, andere rallen, enz. Maar wat niet is...Ik ga vanavond/vannacht weer, het is weer iets warmer, nieuwe rondes nieuwe kansen...