vrijdag 13 maart 2015

Kraanvogels vanuit het zolderraam!

Eerder schreef ik op Facebook dat ik graag weer eens Kraanvogels langs m'n ouderlijk huis zou zien. En zag ik die dag zelfs ook nog een groep van zeven vogels, dicht in de buurt van huis. Vandaag was ik er alert op, door berichtgeving via diverse whatsapp-groepen. Mooi was te volgen hoe de meldingen van groepen begonnen in Zuid-Limburg, en via whatsapp-groepen steeds noordelijker werden 'overgenomen'.Rond half twaalf stapte ik thuis door de achterdeur met m'n moeder naar buiten, de tuin in. Ma loopt al verderop als ik nog in de deuropening sta en ineens van rechts een groep grote vogels in het oog krijg, laag over de huizen. 'MÁ!! KRÁÁNVOGELS!!!' Ze krijgt de Kranen ook in beeld, ik trek een spurtje naar binnen: de camera lag al klaar. Door alle opwinding bleef ik echter op het verkeerde 'aan'knopje drukken, zodat ik me tevreden moest stellen met het fotograferen van de achterkant. Stiekum hoopte ik dat ze heel even een rondje zouden cirkelen. Ééntje maar. Helaas, laag verdwenen ze achter de hoge Kastanje verderop bij de buren in de tuin. Mijn wens voor Kraanvogels over de tuin kwam in ieder geval wél sneller uit dan verwacht, zodat mijn fixatie op de lucht telkens als ik in de tuin kwam wat dragelijker werd.   
Over de whatsapp bleven de meldingen over Kraanvogels bij diverse groepen doorkomen. Wanneer ik begin van de middag op zolder aan het werk ben, bedacht ik dat vanuit het zolderraam misschien wel wat te zien zou zijn. Om tien voor twee stel ik m'n scoop wat verdekt op -we hebben buren- en werp er een blik door. Slechts één seconde verstreek: HOPPEKEE!! 35 Kraanvogels!! Ik pik ze toevallig op wanneer ze net door een gat in de bomenrij zwaaien. Ze lijken behoorlijk laag te vliegen, maar misschien is dit optisch bedrog door de afstand. De groep vliegt ergens ver ten zuidoosten van Enschede, de exacte afstand laat zich niet bepalen. 
Vanuit de ervaring dat vogels vaak 'trekbanen' volgen, zet ik in op het vooral in de smiezen houden van 'het gat'. Eigenlijk twee gaten, links en rechts van een hoge spar (zie rode pijl foto boven). Na tien minuten waag ik het weer eens en zet m'n oog aan de scoop: hopseflops, een groepje van vier en één van liefst ca 80 Kraantjes zeilt door m'n beeld, laag boven de horizon!! Gespannen wacht ik op wat er nog meer het gat in komt vliegen. Zodra vijf minuten zijn gevuld met het turen naar een leeg luchtruim zet ik me weer aan het werk. Zo dadelijk weer een poging.
Ineens veer ik op van m'n stoel: ow ja! Kraanvogels kijken! Eerst kijk ik gewoon door het zolderraam. Of er niet stiekum iets boven m'n hoofd hangt waar ik niks van weet, en werp vervolgens een blik over de rode draad naar het zuiden. We gaan gewoon weer verder met tellen, een groep danst door de wind naar noord. Ze zijn al weer bijna door het gaat heen, voor ze links achter de boomkruinen verdwijnen zijn ze ongeveer geteld: 25. Ik kijk nu iets hoger, over de boomtoppen heen, naar het zuiden. De volgende groep dient zich al weer aan. Wederom circa 26. Ze lijken nu ietsje hoger te vliegen, reden om over de bomenrij heen te kijken naar de hoek waar ze vandaan zouden moeten komen. En ja hoor, een groep is net uit elkaar gevallen en vliegt wat slordig verder. Langzaam hergroeperen ze tot de bekende V-vorm met traag flappende grote vleugels en een streep rechts en links: kop en poten. 


Daarachter peddelen de volgende reeds, deze keer kom ik tot ongeveer 50 vogels, leuk! Klein minpuntje in het uitzicht is dat het aanvliegen wel op te pikken is, zodra ze echter de spar links voorbij gaan verdwijnen ze achter hogere kruinen. In die tijd is het bikkelen om de op en neer dansende, uit elkaar vallende en tot cirkelen overgaande Kraantjes geteld te krijgen. Een lastige klus. Ik merk ook dat hierdoor een paar groepen niet worden geteld, omdat ik er al één tel, hertel, hertel en nog eens overnieuw tel. 
Dan krijg ik een groep van 37 in beeld, die bezig is met hoogte te winnen en min of meer op één plek begint te cirkelen. Dit is een kans om m'n vader te roepen, die beneden zit en het denk wel leuk zal vinden. Onderwijl de groep hoogte wint,zeil ik de trap af omlaag, kamerdeur open: pá, Kráánvogels! En spurt weer naar boven. Gelukkig, de groep cirkelt slechts een fractie hoger nu. Leuk, zo kan m'n vader ook nog een paar graantjes aan Kraantjes meepikken. Nu hebben we er alledrie, pa, ma én ik, er een leuk verhaal aan. Anders wordt het weer zo van 'zij wel..'. Uiteindelijk heb ik 309 Kraanvogels weten te tellen. Een paar groepjes wisten zich ongeteld snel door het gaatje te wormen en zo te onttrekken aan mijn hectische 'zolderzotheid'.  De cirkelende groep zit blijkbaar op hoogte, langzaam trekken ze terug in een V-lijn en koersen traag flappend naar noord. Helaas moeten er nu andere zaken gedaan worden. De wens om weer eens Kraanvogels te zien boven Bruggert werd onverwacht snel ingevuld met een alleraardigst aantal! Met een grote glimlach geniet ik van de 'laatste' groep in m'n telescoopbeeld, nastarend tot ze zijn opgelost in de grijswitte achtergrond en loop dan op een wolk naar beneden: vrijdag de 13e was het vandaag hè? Hahahaha 


maandag 9 maart 2015

Gaat Gelderland in 2015 op de 'Kleintjes' letten?! Kleine Geelpootruiter nieuw voor de provincie!

Het leek een waar woord, wat Guido daar uitsprak: wordt 2015 voor Gelderland het jaar van de 'kleintjes'? Het jaar begon al op 1 januari met de vondst van een Kleine Vliegenvanger in de Achterhoek. Het eerste wintergeval voor Nederland, en voor Gelderland ook nog eens een goede soort! in Polder Arkemheen bij Nijkerk scharrelde 23 januari een 'bruine kip' tussen de Smienten, de ontdekker wist alleen niet welk naampje er aan hoorde. Gelukkig maakte hij een serie zeer fraaie foto's en zette deze op Waarneming.nl. De losbarstende adrenaline na de snelle ontmaskering van de Kleine Trap zorgde in de open polder voor enig weerstand tegen miezerregen, sneeuw en waterkou. Naadloos ging het naar het volgende nieuwe 'Kleintje' voor de provincielijst Op 27 januari dobbert bij Harderwijl dan eindelijk een Kleine Topper aan de goede kant van het Veluwemeer. Al geruime tijd pleisterden twee mannetjes van deze zeldzame eend langs de westkant van dit randmeer, dus in Flevoland. Het leek 'slechts' een kwestie van geduld, waarna Gelderland een nieuwe soort rijker werd. Ook z'n grenzen aftasten deed de Kleine Geelpootruiter op 28 februari langs de Lek bij Everdingen. In Utrecht. De steenworp afstand van 'slechts' 248 meter tot de Gelderse grens en de gedachte dat tijdens een rondje vliegen 'zomaar Gelderland aangetikt' zou kunnen worden zorgde dat de safe-spelers op de Gelderse ranking direct afreisden. In de vijf dagen dat ie er zat ging er echter geen vleugel de grens over. Juist het wilde westen leek meer te trekken. Na 4 maart verdween de ruiter, waarschijnlijk naar het westen, of verder zuidwaarts. De rust keerde terug in de provincie. Voor even.        
Vier dagen later, op de 8e, zetten Jandirk Kievit, Dirk van Opheusden en Gerrit Jan Klop hun telescoop op langs een plasdras wei in De Regulieren, een natuurgebied tussen Culemborg en Geldermalsen. Vrijwel direct begon Jandirk enthousiast te springen toen hem duidelijk werd wat daar door z'n beeld scharrelde: de Kleine Geelpootruiter! Gerrit Jan zet vanuit het veld de vondst op waarneming.nl, waar Jan Borst hem opmerkt en doorgeeft aan de Gelderse Alert-whatsapp. In diverse Gelderse plaatsen gaan de bezigheden gehaast over in een adrenalinetocht, de snelle beslissers, waaronder -natuurlijk- de top 3 van de Gelderlandse ranking, melden niet veel later de reeds eerder verwachtte nieuwkomer in de pocket te hebben Ik heb mezelf er redelijk rustig onder weten te krijgen. Niet direct die ongecontroleerdheid door adrenaline ontregelde hersenen na de melding van een provinciale zeldzaamheid. Echter nu sloeg de onrust wel goed in. En ik weet ook wel waarom. Twee keer eerder dook er een Kleine Geelpootruiter op tegen de provinciegrens aan. Everdingen laatst, en in september 2013 in de Hengforderwaarden bij Olst die ik ook heb gezien. Voor me liep die ruiter en over m'n schouder keek ik naar de IJssel . Aan de overkant lag Gelderland. Ook deze vogel verdween in het niets. En het liet hierbij een trigger achter. Zo één die bij woorden als 'kleine' en 'geelpoot' de spanningsboog tot brandhout zou trekken. M'n vader had andere plannen voor vandaag. 

Ik zat in Enschede met een behoorlijke bokkepruik op: vrijwel alle bekende en bevriende vogelaars waar ik mee zou kunnen rijden wonen in Arnhem. Het leek een dip te gaan worden. Tot Guido Verhoef om tien voor elf in de whatsappgroep Arnhems Alert schrijft 'van plan te zijn straks te gaan. Als er iemand mee wil'. Wetend dat hij in Zutphen woont stuur ik een bericht: hoe laat hij precies wil gaan. En sla snel aan het rekenen met het spoorboekje. Direct van huis weg, eerst naar het station en dan met de trein een uurtje boemelen: 12:23 daar. Zou hij zo lang willen wachten? Om tien voor half één loop ik station Zutphen uit. Lang haar, klein wit autootje. Niet te missen. Ongetwijfeld ook geholpen door z'n telescoop, die op gestrekt statief op 't dak van z'n auto er boven uit torent. Ik maak kennis met de persoon achter de naam die al vaak in gesprekken voorbij was gekomen. Het is namelijk de broer van Roy Verhoef, m'n birder in crime uit Velp, waar vele tochten tot mooie verhalen uitdraaiden. Guido heeft zelfde trekjes, z'n welbespraaktheid komt me echter zeer herkenbaar voor. Duidelijk familie ja. Onderweg wordt het ene ballonnetje na het andere opgelaten. Niet zo verwonderlijk misschien gezien de achtergrond van Guido: ballonnenkunstenaar op wereldniveau. Tegen kwart voor twee parkeren we de auto aan de Trichtsekade tegenover huisnummer 1 en lopen het pad in. Een wandeling van 500m rest nog tot de verwachtte ontlading als de geelpootruiter in beeld gezet kan worden. 


Wandelend over het graspad worden we tegemoet gelopen door vertrekkende blije gezichten: 'hij zit er nog hoor'. Een uitspraak waar ik erg terughoudend in ben geworden. Het is me een aantal keer eerder overkomen dat ik zo'n zelfde soort laatste sprint maakte met de nodige geruststellende woorden 'ja, hoor, laat zich fraai bekijken. Om vervolgens niets te zien. Ook nu staat er slechts één vogelaar, Dio Hornman. En hij heeft 'm niet in beeld. Rustig blijven. 'Scoop pakken, opzetten, en binnenhalen' is m'n geplande invulling de komende seconden. En ja hoor! Vrijwel direct valt zowel Guido als mij een druk foeragerend ruitertje op tussen de circa veertig Kemphanen en een handvol Tureluurs. De afstand is best groot en de schuin tegenover ons staande zon straalt er een lastfactortje 2 tegenaan. Één voor één ga ik de kenmerken af, de optelsom komt uit op +1. Nieuw voor Gelderland!      

Tegen twee uur passeren twee wandelaars met loslopende hond ons, en lopen naar het eind van het pad, in de richting van de groep steltlopers. Mijn vraag of 'het pad toch niet naar rechts toe gaat op het eind' wordt beantwoord door een grote groep steltlopers die stoppen met foerageren en onder alarmkreten, met gestrekte nekken, wantrouwend in de gaten houden wat er op hun af komt gelopen. De tolerantiegrens wordt gepasseerd en de hele groep gaat de lucht in. Wat zal het worden, de ruiter al volgend met de telescoop door het luchtruim volgend. De Kemphanen duikelen terug naar de oude plek. de Kleine Geelpootruiter sluit zich aan bij vijf Tureluurs die onze kant op zwenken. En vlak voor ons naar de slikvelden afzakken en landen. 


Dát is dan wel weer aardig van ze! In de telescoop verschijnt nu in vol ornaat mijn nummer op de Gelderse lijst. Op z'n opvallende, beetje dooiergele poten baant hij door 't laagje water. Snelle meters worden afgewisseld met korte rustpauzes waarin de omgeving wordt gescand. Ik bedenk dat als ik het pad, met daarin een haakse bocht, een stuk terug loop het zicht een stuk beter zal zijn omdat de zon dan van rechts er op schijnt. Het zicht is inderdaad een stuk beter, de gele poten knallen er soms uit en ook andere kenmerken zijn nu gedetailleerder te bekijken.  


Alleen fotograferen blijft een uitdaging. Kwam de zon eerst van voor, nu is de grond zo ver opgewarmd dat er luchttrillingen ontstaan. De een na de andere druk ik af terwijl ik m'n telefoon zo strak mogelijk tegen het oculair van de scoop druk. Ook maak ik enkele filmpjes. Omdat er op m'n telefoonscherm alleen een ietwat overbelicht en trillend nat stuk land is te zien fotografeer en film ik op goed geluk de vogel. Na eerst met het oog gekeken en gevolgd te hebben, druk ik snel de telefoon tegen het oculair zodra ik zie dat er langer dan een paar seconden stil wordt gestaan. Ook de andere aanwezigen proberen een beetje schappelijke pixelherinnering af te drukken. Voor mij houdt dit gewoon in dat er tientallen de geheugenkaart opgaan, om thuis op het computerscherm te ontdekken dat er dan één of twee 'redelijke' overblijven. En gelukkig, tussen de circa tachtig zaten er een paar waar 'wat mee te doen' was. Ook weet ik er een kort filmpje uit te persen [youtube]. Nu alleen wel een keer leren hoe slechte beelden er uit te knippen...                

Op de plasdras is het verder eigenlijk niet zo heel druk. Buiten de groep met 41 Kemphanen, een Bonte Strandloper en vijf Tureluurs zitten er eigenlijk alleen Kieviten. en twee Scholeksters. Vanuit de houtwallen zingen her en der Matkoppen, een Groene Specht klinkt vanuit een populierenbos. Guido peurt er langs het pad nog een Kleine Barmsijs uit en dan is het soortenplaatje wel geschetst. De geelpootruiter staat nu al minutenlang stil. Tijd voor de collectieve middagnap zo te zien. Her en der zijn reeds kopjes op de rug tussen de veren geschoven. Anderen, waaronder Kleintje, schikken de veerpartijen. Vrijwel allemaal staan ze helaas met de kont naar ons toe, zodat er niet veel aan te bekijken is. Dan slaan de Tureluurs ineens aan, een alarmerend 'túút....túúút' moet blijkbaar waarschuwen voor iets wat wij niet in de gaten hebben. In ieder geval lijkt de lucht boven ons rovervrij. Heel even zakt de spanning, om door te slaan naar een acute aftocht het luchtruim in. 


De opvallend lange, voorbij de staart stekende poten en het ranke voorkomen vallen op in de lucht, en de egale bruine bovenvleugels zijn handig om 'm tussen de Tureluurs te herkennen. Na een paar rondjes zakt hij van ons af langzaam weer richting de grond. Op zo'n twintig meter boven de grond gaat de daling ineens over op een pijlsnelle vlucht waarin enkele strakke, snel afgewisselde haakse bochten worden geshowd, en eindigt in een landing achter een glooiing in het veld. Een mooi moment om een uur genieten af te sluiten! Zeer tevreden lopen we naar de auto. De rit naar Zutphen is zo voorbij, met een 'tot wellicht volgende keer!' nemen Guido en ik afscheid en stap in het laatste uurtje nieuwsgierigheid naar de foto's. Boemelend gaat het op Enschede aan: 'mmm, een Kleine Sprinkhaanzanger. Dat lijkt me ook wel wat...'